Fotografie: Peter Meyvis
Paul Jacobs
Ik ben een rustige, wandelende, lezende schrijver, die toevallig in de beste periode van de wereldgeschiedenis heeft geleefd.
De Agatha Christie-kenner is het verhaal van een gepensioneerde rechter die als kind zijn grootvader heeft verloren bij een dom ongeluk in de Ardennen. Met hulp van Thomas Breens, de hoofdfiguur uit al mijn romans, gaat hij op zoek naar de waarheid achter zijn opa’s dood. Hij reist daartoe heel Frankrijk door, o,m. langs het kerkhofje waar de schrijfster Françoise Sagan begraven ligt. De ontknoping van het verhaal vindt plaats in een riante villa in het mooie landschap van de Gers, waar alle betrokkenen samenkomen voor een onverwachte apotheose.
Het zou leuk zijn mochten mijn boeken ook in Nederland worden gelezen.
Ik ben geen speecher, ik zou me er even kort van afmaken als Agatha Christie zelf, die uiterst beknopt dankwoordjes hield.
Uit heel mijn leven? Misschien de dag dat mijn eerste boek zou gepubliceerd worden? Of toen die ene vrouw beloofde met me uit te gaan? Of toen ik mijn eerste radioprogramma maakte?
Ik heb een verzameling van meer dan duizend biografieën van bewonderde schrijvers en kunstenaars.
Lees heel veel voor je begint te schrijven, dan zie je hoe het moet (en niet moet).
Nee.
Ik vroeg aan Hugo Claus waarom hij schreef. Hij antwoordde: “Ken je die grap van die man die altijd met zijn hoofd tegen een muur bonsde? Toen ze hem vroegen waarom hij dat deed zei hij: “Het is zo leuk als ik er mag mee ophouden.”.
Er zijn twaalf Thomas Breens-romans verschenen. Je hoeft niet per se met de eerste te beginnen, maar het helpt.