1. Stel jezelf voor in vijf woorden. Je mag deze kort toelichten.

Jacob: Zorgzaam, betrokken, nieuwsgierig, onderzoekend, vrijdenkend.

Ik heb een vijftigtal boeken geschreven vanuit mijn vak als cultuurhistoricus. Het boeit mij nog steeds. Ik geef, ondanks mijn leeftijd van 78 jaar, nog steeds lezingen, naast twee docentschappen en een digitale cursus. In mijn bibliotheek geef ik twee huiscursussen over antieke mysteriën en de geschiedenis van de esoterische filosofie.

Jeroen: Nieuwsgierig. Gedisciplineerd, Leraar, Religieus, Vrijheid.

Mijn boeken beginnen altijd met een persoonlijke interesse in een bepaald onderwerp: Petrus, UFO’s, de Pilgrims Fathers, Paaseiland, Adam en Eva… Vervolgens dompel ik me enkele maanden onder in die onderwerpen en dan ga ik schrijven. Ik huur een kantoor in het centrum van Leiden waar ik op werkdagen tussen 8.00-17.00 ben, elke dag opnieuw, zonder uitzondering. Van huis uit ben ik leraar (Godsdienst, Maatschappijleer, Nederlands) en als schrijver ben ik dat ook. Ik wil dat mensen zich vermaken met mijn boeken, maar ook dat ze er iets van opsteken. Ik ben niet gelovig, maar ik ben wel religieus, dat wil zeggen: altijd op zoek naar wat de bron is van ons bestaan en hoe ik me daarmee kan verbinden – hetgeen de oorspronkelijke betekenis van ‘religare’ is. Drie jaar geleden zegde ik mijn baan als docent op om me voltijds en in alle vrijheid op het schrijverschap te kunnen richten.

2. Vertel iets over jouw boek dat op de longlist staat.

Jeroen: Dit is het tweede boek dat Jacob en ik samen hebben geschreven. Ik heb de eerste versie geschreven, gebaseerd op Jacobs ideeën en op zijn kennis. Het is een spannend verhaal over een slangendeskundige van het Leidse museum Naturalis die lid is van een Pinkstergemeente met een zeer charismatische voorganger. Tegelijkertijd is er een journaliste die een boek schrijft over vrouwen in de Bijbel en die stuit op een alternatieve uitleg van het verhaal van Adam en Eva – en de slang…

Jacob: Het is prettig om met Jeroen te werken. Hij heeft een fijne schrijfstijl met veel oog voor het detail. In dit spannende verhaal zit ook actualiteit en een baanbrekende visie dat de zogenaamde zondeval van Eva helemaal niets met zonde te maken heeft, getuige ook de boeiende fresco’s van Michelangelo in de Sixtijnse kapel.

3. Wat verwacht je van deze wedstrijd?

Jacob: Het is net als met recensies. De persoonlijke voorkeur en interessesfeer speelt ook mee, naast de vakkundige en ‘technische’ beoordeling. Gezien de professionaliteit van de jury verwacht ik een afgewogen oordeel. Wel heel leuk dat het de Hermes Thriller Award is. Over Hermes heb ik diverse boeken en studies geschreven. Hij ligt mij na aan het hart.

Jeroen: Als schrijver is het ontzettend fijn om te zien dat het boek waar je zo hard aan hebt gewerkt in goede aarde valt. Het op de longlist staan, voelt al als een belangrijke erkenning. Verder zijn dergelijke wedstrijden ook een klein beetje geluk hebben denk ik. Als je boek in handen komt bij iemand die bij voorbaat al niet in het thema is geïnteresseerd bijvoorbeeld, dan wordt het alweer lastiger. Mijn boeken ontvangen zowel 1* als 5* bij recensies – en alles ertussenin. Het is hetzelfde boek, maar het spreekt de een meer aan dan de ander. Daar is verder niets aan te doen.

4. Stel dat je wint, hoe ziet jouw speech eruit?

Jeroen: In de eerste plaats zou ik willen benadrukken hoe bijzonder ik het vind om samen met iemand een boek te schrijven. De samenwerking tussen Jacob en mij is vlekkeloos verlopen, zonder een onvertogen woord. Verder wil ik dan natuurlijk de lezers bedanken die massaal blijken open te staan voor een niet-zo-standaard-thriller met veel godsdienst en geschiedenis. En tenslotte onze redacteur Lisanne Mathijssen en de uitgever HarperCollins Holland van wie ik altijd alle vertrouwen krijg.

Jacob: Daar sluit ik mij helemaal bij aan.

5. Hoe ziet jouw meest thriller achtige moment eruit?

Jacob: Een nachtelijke dwaaltocht in de Sinaï-woestijn. Met enkele anderen had ik de berg Horeb beklommen om vandaar een prachtige zonsondergang te zien. In het duister afdalend raakten we de weg kwijt en werden op de zwerftocht bevangen door de kou.

Jeroen: Ik woonde in Ecuador en was met mijn ouders naar de jungle gereisd. We keerden ’s avonds laat pas terug, in een te volle bus die over een heel smal en vreselijk modderig bergpad omhoog moest. Regelmatig slipten we weg, met links van ons een tamelijk diepe afgrond. Dat er af toe kruizen voor verkeersslachtoffers langs de weg stonden, hielp ook niet echt…

6. Welk genre boeken lees jij graag?

Jeroen: Ik lees vanzelfsprekend graag thrillers, maar dan ben ik ook wel heel erg bezig met opletten hoe mijn collega’s het aanpakken. Hoe bouwen ze spanning op? Hoe zit de plot in elkaar? Hoe maken ze iemand verdacht? Hoe geven ze informatie weg? En verder lees ik heel veel non-fictie en die heeft meestal te maken met het (vroege) christendom, Jezus, het Nieuwe Testament of andere godsdiensten.

Jacob: Ik lees graag biografieën. En verder ben ik eigenlijk altijd aan het studeren, dus ik houd de ontwikkelingen op mijn eigen vakgebied goed bij.

7. Hermes organiseert ook een schrijfwedstrijd. Welke tips heb jij voor de deelnemers?

Jacob: Veel lezen en leren uit bijvoorbeeld recensies. En zo onbevangen mogelijk beginnen met schrijven. Niet krampachtig vasthouden aan je aanvankelijke idee, maar het alle ruimte geven om uit te groeien.

Jeroen: Wacht niet op inspiratie maar ga schrijven. De inspiratie komt als je aan het schrijven bent. En schakel die innerlijke criticus uit tijdens het schrijven van de eerste versie. Lekker snel een eerste versie schrijven en dan kun je erna gaan schaven en dingen omgooien.

8. Heb je eerder met een boek aan een wedstrijd meegedaan?

Jeroen: Er zijn wel eerder boeken genomineerd, maar tot nu toe is alleen Het Evacomplex als winnaar uit de bus gekomen, namelijk bij de Thriller Hebban-leesclub die het verkozen tot beste thriller van 2021. Hopelijk een goed voorteken voor deze prijs….

Jacob: Ooit werd een van mijn eerste boeken, De Verloren Erfenis, genomineerd door een Italiaanse club.

9. Welke vraag zou jij aan jouw favoriete auteur willen stellen? Aan wie zou dat zijn?

Jacob: Mijn favoriete auteur is lange tijd Marten Toonder geweest. Ik heb hem wel eens aan de telefoon gehad, maar te kort om hem te vragen hoe hij aan die wonderlijke personages kwam.

Jeroen: Mijn favoriete Nederlandse schrijver is en blijft F. Springer. Zijn proza is zó eenvoudig dat je denkt: ja, maar dat kan ik óók. En dat kun je dan dus niet. Helaas is hij al overleden, maar van hem had ik wel eens willen weten hoeveel versies hij schreef voordat zijn werk gepubliceerd werd.

10. Wat zou jij nog kwijt willen aan je lezers?

Jeroen: Ik hoop dat jullie mijn boeken zullen blijven lezen. En laat me vooral weten wat je ervan vond, ik vind het altijd leuk om feedback te ontvangen!

Jacob: Ik krijg over het algemeen zeer veel reacties op mijn boeken. Daar dank ik jullie voor. Ik geniet ervan en ik leer ervan.